Belanghebbende, X bv, is eigenaar van een BMW 3-serie. Deze auto wordt ter beschikking gesteld aan haar directeur/grootaandeelhouder, de heer A. De bijtelling privégebruik voor de loonheffing wordt maandelijks verantwoord. Daarnaast is X bv eigenaar van achtereenvolgens twee Audi's. Ondanks dat deze ook aan A ter beschikking worden gesteld, heeft hiervoor nimmer een bijtelling privégebruik plaatsgevonden. In geschil is de LB-naheffingsaanslag van € 30.103 en de vergrijpboete van € 3.009. Rechtbank Gelderland vernietigt de boete. X bv gaat in hoger beroep. De inspecteur gaat incidenteel in hoger beroep. Volgens X worden de Audi's alleen zakelijk gebruikt en houdt hij een km-administratie bij door na iedere werkdag de gereden km's op basis van een schatting te noteren.
Hof Arnhem-Leeuwarden (MK II, 16 februari 2016, 15/00099, V-N 2016/24.1.1) oordeelt dat de km-administratie van A ten onrechte alleen is gebaseerd op geschatte afstanden of op met de routeplanner berekende afstanden en niet op primaire gegevens zoals de km-standen. Voorts blijken de op de tankbonnen genoteerde km-standen niet te kloppen met de km-administratie en er zit teveel variatie in het brandstofverbruik. Het verbruik varieert namelijk van 1:1,36 tot 1:22,25. De naheffing is dus terecht, met dien verstande dat niet meer in geschil is dat deze moet worden verminderd tot € 24.251. De boete is terecht vernietigd. A heeft namelijk geloofwaardig verklaard in de veronderstelling te verkeren dat zijn gegevens voldoende bewijs waren voor het achterwege laten van een bijtelling.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).
Wetsartikelen:
Wet op de loonbelasting 1964 13bis