De heer X doet in november 2012 BPM-aangifte inzake de registratie van een gebruikte auto (merk Shelby) uit 2010. De auto komt oorspronkelijk uit de VS, maar was eerst naar Duitsland geïmporteerd. Dit type auto was tot dan toe in Nederland nog nimmer geleverd. Volgens de aangifte is de verschuldigde BPM € 12.075. Als handelsinkoopwaarde is vermeld € 29.377, zijnde de koerslijstwaarde van een vergelijkbare auto, een Chrysler 300C, 6.1i SRT-8 HEMI Aut. Hierop is € 5.336 als schade in mindering gebracht, waarvan € 1.973 betrekking heeft op de aanschaf van een Europees navigatiesysteem. In geschil is of terecht een naheffingsaanslag is opgelegd van € 8.976. Rechtbank Zeeland-West-Brabant vermindert de aanslag tot € 6.489 en X krijgt € 500 immateriële schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn. X gaat in hoger beroep.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat een ander merk auto wél als referentievoertuig dienen, omdat de auto's vergelijkbaar zijn qua prijs, afmetingen, comfort en andere kenmerken. De lagere - op de koerslijst gebaseerde - handelsinkoopwaarde kan dus worden gevolgd. Uit de foto's bij het taxatierapport van X wordt afgeleid dat sprake is van meer dan normale gebruiksschade. De totale waardevermindering wordt in goede justitie vastgesteld op € 3.500. X stelt terecht dat moet worden uitgegaan van een CO2 uitstoot van 350g/km overeenkomstig art. 9 lid 11 Wet BPM 1992 (tarief 2010) in plaats van 370g/km zoals in de aangifte staat (zie Hof 's-Hertogenbosch 7 januari 2016, nr. 14/00805, V-N 2016/16.14.1). Het beroep van X is gegrond. Ondanks dat de op de aangifte betaalde BPM hoger is dan de verschuldigde BPM, krijgt X het verschil niet terug. Er is namelijk geen bezwaar gemaakt tegen de voldoening.
Wetsartikelen:
Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 9
Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 10
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 7 juni