Hof Amsterdam beslist dat X geen recht heeft op aftrek van uitgaven voor specifieke zorgkosten. X maakt niet aannemelijk dat in 2014 sprake was van een medische aandoening waarvoor fysio-fitness zou zijn gevolgd. Ook is niet aannemelijk dat X dat jaar een dieet heeft gevolgd.

Belanghebbende, X, claimt in zijn aangifte ib/pvv 2014 aftrek van uitgaven voor specifieke zorgkosten. Het betreft onder andere aftrek voor dieetkosten en aftrek voor kosten voor fysio-fitness. De inspecteur weigert de aftrek. X komt uiteindelijk in hoger beroep.

Volgens Hof Amsterdam dateert de eerste verklaring van de huisarts van medio 2015. Uit deze en ook uit een latere verklaring volgt niet dat, zo er al sprake is van een medische aandoening, deze (gestelde) aandoening zich al in het jaar 2014 voordeed. Er volgt ook niet uit dat voor deze (gestelde) medische aandoening dat jaar kosten voor fysio-fitness zijn gemaakt. De kosten voor fysio-fitness zijn niet aan te merken als aftrekbare kosten voor genees- of heelkundige hulp. X maakt niet aannemelijk dat hij recht heeft op aftrek voor extra kosten van een op medisch voorschrift gehouden dieet. Het beroep van X op het vertrouwensbeginsel wordt verworpen. De inspecteur mag deze aftrekpost ieder jaar opnieuw aan een beoordeling onderwerpen. Het hoger beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 37

Wet inkomstenbelasting 2001 6.17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Inkomstenbelasting

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 22 juni

556

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen