Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de heffingsambtenaar de bouwkosten ter bepaling van de leges omgevingsvergunning te hoog heeft vastgesteld.

Aan belanghebbende, X, is een aanslag leges opgelegd in verband met de aanvraag van een omgevingsvergunning ter zake van de bouw van een vleeskuikenstal. Op grond van de legesverordening van de gemeente worden inrichtingskosten (bedrijfsinstallaties en -apparatuur) niet tot de bouwkosten gerekend, tenzij deze onlosmakelijk met het bouwwerk zijn verbonden.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de heffingsambtenaar de bouwkosten ter bepaling van de leges omgevingsvergunning te hoog heeft vastgesteld. De kosten voor de water- en voervoorzieningen kunnen niet tot de bouwkosten worden gerekend. Deze voorzieningen zijn namelijk niet onlosmakelijk verbonden met het bouwwerk, nu ze het gebouw niet beter geschikt maken voor gebruik als gebouw en bovendien niet aard- en nagelvast met het gebouw zijn verbonden. Of deze voorzieningen noodzakelijk zijn voor het functioneren van het gebouw als vleeskuikenstal, is niet relevant. De kosten van het ventilatiesysteem behoren wel tot de bouwkosten, aangezien de ventilatoren in de muren van het gebouw zijn aangebracht en daardoor onlosmakelijk zijn verbonden met het gebouw en dienstbaar zijn aan het gebouw zelf. De rechtbank vermindert de bouwkosten van € 471.000 naar € 397.000 en vermindert ook de legesaanslag.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 229

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Dossiers: Agro

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 1 maart

7

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen