Belanghebbende, X, is eigenaar van een twee-onder-één-kapwoning in de gemeente Bedum. Op 30 september 2014 doet zich een aardbeving voor in de regio. De heffingsambtenaar verlaagt in de bezwaarfase de WOZ-waarde 2015 met € 12.000, zijnde het schadebedrag als gevolg van de aardbeving. In hoger beroep is alleen nog in geschil of X recht heeft op een kostenvergoeding.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt in navolging van de rechtbank dat X na de verlaging van de WOZ-waarde in bezwaar wegens aardbevingsschade recht heeft op vergoeding van de kosten van de bezwaarfase. De gemeente heeft het beleid dat met aardbevingsschade rekening wordt gehouden als deze door belanghebbenden na ontvangst van de WOZ-beschikking wordt gemeld. Met deze werkwijze aanvaardt de heffingsambtenaar de niet denkbeeldige kans dat de waarde tot een te hoog bedrag wordt vastgesteld. De handelwijze van de heffingsambtenaar is daarom onvoldoende zorgvuldig. X heeft recht op vergoeding van de kosten in de bezwaarfase voor een bedrag van € 488. Het hoger beroep van de heffingsambtenaar is ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 7:15
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 2 februari