Voetbalvereniging X betaalt de spelers van het eerste team onkostenvergoedingen uit. Een aan X gelieerde stichting betaalt ze een bedrag voor het spelen. Rechtbank Breda stelt dat X ook voor de spelersbijdrage inhoudingsplichtig is en handhaaft de opgelegde naheffingsaanslag LB.  

Belanghebbende is amateur-voetbalvereniging X. Spelers van het eerste team krijgen via een daarvoor opgerichte stichting een vaste spelersbijdrage. Daarnaast ontvangen zij van X onkosten- en reiskostenvergoedingen.  Na een onderzoek stelt de inspecteur dat X met ingang van het voetbalseizoen 2008-2009 inhoudingsplichtig is. Als X niets inhoudt, legt de inspecteur X een naheffingsaanslag loonbelasting op over het tijdvak 1 augustus 2008 t/m 31 december 2008 met een boete van 50%. In geschil is of de spelers bij X in dienstbetrekking zijn en of de beloning die de stichting betaalt, kwalificeert als loon afkomstig van X.

Rechtbank Breda handhaaft de aanslag. De onderhandelingen met een speler vinden plaats door werknemers van X en monden uit in mondelinge afspraken, die ook gaan over de vergoedingen voor de speler. Dit omdat het gebruikelijk is dat spelers van het eerste team van een vereniging als X betaald worden. De afspraken worden schriftelijk vastgelegd in twee overeenkomsten, één met X en één met de stichting, die nauw met X verweven is. Aannemelijk is, aldus de rechtbank, dat steeds sprake is van overeenkomsten tussen X en de spelers. Dit geldt ook voor de door de stichting uit te betalen spelersbijdrage, omdat feitelijk op X de verplichting rust tot het (doen) betalen van de spelersbijdrage en omdat X daaraan ook door de spelers kan worden gehouden als de stichting in gebreke blijft. De rechtbank concludeert dat sprake is van loon van X. De rechtbank vernietigt  wel de boete, omdat het standpunt van X in redelijkheid verdedigbaar is.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Arbeidsrecht, Bronbelasting, Loonbelasting

Instantie: Rechtbank Breda

0

Gerelateerde artikelen