Het loonkostenvoordeel gaat niet over op een ander bedrijf of entiteit op grond van de regeling van overgang van onderneming. Dit komt doordat het recht op loonkostenvoordeel niet voortvloeit uit de arbeidsovereenkomst, maar uit een beschikking van de Belastingdienst. Dat antwoordt staatssecretaris Wiersma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op Kamervragen van het lid Kat (D66).
Voor de overnemende werkgever ontstaat ook geen nieuw recht op loonkostenvoordeel. De overnemende werkgever is wel een nieuwe werkgever, maar er is geen sprake van indiensttreding of herplaatsing. Bij overgang van onderneming is namelijk sprake van voortzetting van de arbeidsovereenkomst. Daarnaast voldoet de werknemer niet aan de voorwaarde dat sprake moet zijn van een voorgaande uitkering.
Bij een juridische fusie gaan alle rechten en verplichtingen volledig over op de fusie-onderneming onder algemene titel en daarmee ook het vastgestelde recht op loonkostenvoordeel. De aanspraak op loonkostenvoordeel via de doelgroepverklaring behoort echter niet tot het vermogen van zowel de verdwijnende als de overblijvende onderneming, omdat de aanvraag nog gevolgd moet worden door een besluit en pas door dat besluit definitief recht bestaat op loonkostenvoordeel.
Het aanvragen van het loonkostenvoordeel is volgens de staatssecretaris laagdrempelig en eenvoudig in de toepassing door het aanvinken van de indicatie loonkostenvoordeel in de aangifte loonheffingen. Indien een werkgever vergeet het vinkje aan te zetten, kan dit gecorrigeerd worden door een correctiebericht in te sturen. De werkgever heeft minimaal 3 en maximaal 14 maanden om de vergissing te corrigeren. Correcties na 1 mei van het volgende jaar (het ‘fotomoment’) worden niet meer meegenomen in de definitieve berekening.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Loonbelasting, Premieheffing
Regelgevende instantie: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Editie: 15 oktober
Carrousel: Carrousel