Het voorstel van de belasting per vrachtvliegtuig is inmiddels uit de wet vliegbelasting geschrapt. De marktpositie van Schiphol en MAA op vrachtgebied zal daardoor dus niet worden beïnvloed. Dat is één van de vele antwoorden van de Staatssecretaris van Financiën op vragen van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat van de Tweede Kamer.

De vliegbelasting zoals aangenomen door de Eerste Kamer op 15 december 2020 is een belasting per vertrekkende passagier. Een differentiatie ten faveure van zuinigere/stillere vliegtuigen bij de belasting per passagier leidt tot extra complexiteit in de wetgeving en de uitvoering. Daar is om die reden niet voor gekozen.

De voorbereidingen bij de Belastingdienst zullen tijdig gereed zijn. De vliegbelasting is bij koninklijk besluit per 1 januari 2021 ingevoerd. Het eerste belastingtijdvak is verlengd en vastgesteld op negen maanden. Dit betekent dat de exploitanten van de betrokken luchthavens de vliegbelasting die is verschuldigd over de periode van januari tot en met september 2021 op één aangifte voldoen. Aangifte en betaling moeten plaatsvinden binnen een maand na afloop van dat tijdvak, dus uiterlijk op 31 oktober 2021. Dit geeft de Belastingdienst de tijd om de noodzakelijke aanpassingen te doen in de geautomatiseerde systemen. Na dit eerste verlengde tijdvak geldt vervolgens het normale tijdvak van één kalenderkwartaal

Voor zover bekend is er geen land in Europa dat een belasting per vrachtvliegtuig heeft ingevoerd. Maar Frankrijk heeft een belasting per ton vervoerde vracht.

[Nieuwsbron] [Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Milieuheffingen

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 18 februari

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen