Hof Den Haag oordeelt dat door de nieuwe samenhangregeling van art. 3 lid 2 van het Besluit proceskosten bestuursrecht er voor de proceskostenvergoeding uitgegaan moet worden van 155 in plaats van 565 zaken. 

Belanghebbende, X bv, laat een gemachtigde bezwaar maken tegen diverse WOZ-beschikkingen 2012 van de gemeente Rotterdam. De gemachtigde heeft namens verschillende belanghebbenden een groot aantal bezwaarschriften ingediend.

Hof Den Haag oordeelt dat door de nieuwe samenhangregeling van art. 3 lid 2 van het Besluit proceskosten bestuursrecht er voor de proceskostenvergoeding uitgegaan moet worden van 155 in plaats van 565 zaken. Om de WOZ-waarde van de 565 zaken verminderd te krijgen, volstond het indienen van 155 taxatierapporten en 155 bewaarschriften, aldus het hof. Het hof komt tot deze conclusie gelet op de vergelijkingsobjecten die worden gehanteerd in de rapporten, de objectkenmerken en de overeenkomsten in de diverse rapporten. Voor elk van de 155 taxatierapporten konden de werkzaamheden van de gemachtigde ter zake van de daaraan ten grondslag liggende waarderingen van de onroerende zaken nagenoeg identiek zijn als bedoeld in art. 3 lid 2 Besluit proceskosten bestuursrecht. Gelet op de duur en hoeveelheid zaken die op de hoorzittingen behandeld zijn, moet worden uitgegaan van een wegingsfactor 0,5. In de fase van beroep en hoger beroep, waarin enkel nog de hoogte van de kostenvergoeding in het geding is, is sprake van één samenhangende zaak met een wegingsfactor 1,5. Het hof vernietigt de uitspraken van de rechtbank.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Besluit proceskosten bestuursrecht 3-2

Algemene wet bestuursrecht 7:15 en 8:75

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hof Den Haag

Editie: 26 augustus

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen