De Hoge Raad oordeelt dat de verplichting om mee te werken aan een informatieverzoek ook geldt als nog niet 100% zeker is dat aan de voorwaarden voor navordering is voldaan.
Erflater heeft de door de inspecteur gevraagde informatie over zijn inkomsten, vermogensbestanddelen en activiteiten (wereldwijd) over de jaren 2004 t/m 2014 niet verstrekt. De inspecteur legt hem een informatiebeschikking op voor de IB/PVV voor de jaren 2004 t/m 2014. Rechtbank Zeeland-West-Brabant beperkt de periode waarover de gegevens verstrekt moeten worden tot de jaren 2004 t/m 2011 en de inspecteur heeft zich daarmee verenigd. Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat de informatiebeschikking voor de jaren 2004 t/m 2011 in stand kan blijven.
De Hoge Raad oordeelt dat de verplichting om mee te werken aan een informatieverzoek ook geldt als nog niet 100% zeker is dat aan de voorwaarden voor navordering is voldaan. De Hoge Raad schaart zich achter het oordeel van het hof dat erflater op grond van art. 47 AWR verplicht was de gevraagde informatie te verstrekken, omdat de inspecteur kon uitgaan van een meer dan denkbeeldige mogelijkheid dat hij bij erflater met toepassing van de verlengde navorderingstermijn kon navorderen. Het maakt daarbij niet uit dat de inspecteur pas nadat de belanghebbende aan het informatieverzoek heeft voldaan, kan vaststellen of aan de voorwaarden van de verlengde navorderingstermijn is voldaan. De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep van belanghebbenden (als erfgenamen van erflater) ongegrond.
Lees ook het thema Informatiebeschikking: stand van zaken
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 52a
Algemene wet inzake rijksbelastingen 47
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hoge Raad
Editie: 20 april