Belanghebbende, X, dient zijn aangifte IB/PVV 2016 in naar een verzamelinkomen van € 16.780. De aangifte bevat een aftrek ter grootte van € 2348 aan specifieke zorgkosten. De inspecteur legt een aanslag op naar een verzamelinkomen van € 17.704 en aanvaardt een aftrek van € 1424 aan specifieke zorgkosten. In geschil is de toelaatbaarheid van de aftrekposten voor specifieke zorgkosten.
Rechtbank Noord-Holland beslist dat X, als degene die de aftrek claimt, de bewijslast draagt. Echter, X heeft geen medische verklaring kunnen overleggen over de incontinentie van zijn echtgenote. Ook heeft hij zijn standpunt over de kosten van extra kleding en beddengoed voor zijn echtgenote niet met verifieerbare stukken onderbouwd. Het beroep van X is ongegrond. De rechtbank wijst ook het verzoek tot vergoeding van immateriële schade wegens overschrijding van redelijke termijn af. X had moeten weten dat zijn beroep niet kon slagen zonder de ontbrekende medische onderbouwing.
Wetsartikelen:
Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 38
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 13 januari