Vier dga’s zijn via hun persoonlijke holdings belast met het bestuur en management van een vennootschap. Alle holdings hebben een minderheidsbelang, respectievelijk 22,5% of 27,5%. De afspraken worden vastgelegd in managementovereenkomsten tussen de persoonlijke holdings en de vennootschap, tussenholding Y bv. De tussenholding sluit een managementovereenkomst met X bv, de werkmaatschappij. Volgens de inspecteur verrichten de dga’s hun werkzaamheden voor X bv in dienstbetrekking en zijn zij verplicht verzekerd voor de werknemersverzekeringen.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de vier dga’s geen werknemers van X bv zijn en dus niet verplicht verzekerd zijn voor de werknemersverzekeringen. Het hof acht daarbij de feitelijke gang van zaken van belang en de nadere toelichting daarop ter zitting door een van de dga’s. Volgens het hof blijkt hieruit dat de vier dga’s bestuurs- en managementtaken verrichten, waarvan de rechtsverhoudingen zijn bepaald in de managementovereenkomsten en de arbeidsovereenkomsten met de persoonlijke holdings. Verder blijkt ook nergens uit dat de dga’s een arbeidsovereenkomst met X bv hebben gesloten. In de managementovereenkomsten, waarbij de dga’s bovendien geen partij zijn, staan ook geen bepalingen die kunnen duiden op een arbeidsovereenkomst.
Wetsartikelen:
Wet financiering sociale verzekeringen 59
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Loonbelasting, Verbintenissenrecht, Premieheffing
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 31 augustus