De Minister van Financiën gaat naar aanleiding van de plenaire behandeling op 21 februari 2018 van het voorstel voor de Implementatiewet vierde anti-witwasrichtlijn nader op dit voorstel in.

Hij stelt daarbij ondermeer dat de verplichting voor vennootschappen om de informatie over hun ultimate beneficial owners (UBO's) te registreren in het op te zetten UBO-register, geregeld wordt in het wetsvoorstel Implementatiewet registratie uiteindelijk belanghebbenden. Verder deelt hij mee dat trustkantoren op grond van de Wet toezicht trustkantoren verplicht zijn om cliëntenonderzoek te verrichten. Het cliëntenonderzoek is een doorlopende verplichting. Als het trustkantoor gedurende de zakelijke relatie niet langer aan de verplichtingen van het cliëntenonderzoek kan voldoen, bijvoorbeeld omdat de UBO's bij de trustdienstverlening wijzigen en niet meer kunnen worden geïdentificeerd, dan is het trustkantoor verplicht zijn dienstverlening te beëindigen.

Verder gaat hij uitgebreid in op de regels voor het bepalen van de UBO van een vennootschap of trust, onderverdeeld naar de registratie (van UBO's van) trustkantoor als UBO van doelvennootschappen en de registratie van trustkantoren als trustee van een trust.

Tot slot stelt hij dat de definitieve tekst van het richtlijnvoorstel tot wijziging van de vierde Europese anti-witwasrichtlijn naar verwachting aan het eind van dit voorjaar zal worden vastgesteld en in werking treden. Als gevolg hiervan zullen onder meer aanpassingen van de verplichtingen tot de centrale registratie van UBO's worden doorgevoerd.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht, Internationaal belastingrecht

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 7 maart

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen