Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt in hoger beroep dat de heer X zich vergeefs beroept op het feit dat de politie zijn strafrechtelijke aangiften niet heeft willen of kunnen onderzoeken.

Belanghebbende, de heer X, is vanaf 2008 werkloos en krijgt in 2013 een baan aangeboden. X gaat samen met degene die zich voordoet als eigenaar van het bedrijf naar de Kamer van Koophandel. Tot zijn verbazing wordt hij daar echter ingeschreven als bestuurder van D bv. Deze bv is enig aandeelhouder en bestuurder van A bv. In geschil is of X door de ontvanger terecht aansprakelijk is gesteld voor de btw-schuld van A bv. Rechtbank Gelderland stelt de ontvanger in het gelijk. X gaat in hoger beroep.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X zich vergeefs beroept op het feit dat de politie zijn strafrechtelijke aangiften niet heeft willen of kunnen onderzoeken. X beroept zich ook vergeefs op een ‘vrijwaringsbeschikking'. De persoon die deze verklaring afgelegd, was namelijk geen directeur of aandeelhouder van D bv. Ook het feit dat de vorige bestuurder van D bv feitelijk ongeschikt zou zijn geweest om als bestuurder op te treden, is niet relevant. Deze persoon was namelijk wel formeel bevoegd om X als bestuurder te doen inschrijven in het handelsregister. Het beroep van X is ook voor het overige ongegrond.

Lees ook het thema Bestuurdersaansprakelijkheid: de gevolgen van kennelijk onbehoorlijk bestuur.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Invorderingswet 1990 36

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Invordering

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 8 juni

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen