X is eigenaar van een woning in de gemeente Borger-Odoorn. In geschil is of de geplande komst van een windmolenpark invloed heeft op de WOZ-waarde 2012. Rechtbank Noord-Nederland verlaagt de WOZ-waarde met € 30.000 naar € 291.000.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de mogelijke komst van een windmolenpark op een afstand van hemelsbreed twee kilometer geen invloed heeft op de WOZ-waarde van de woning van X. Het hof stelt voorop dat er geen reden is de toestandsdatum met toepassing van art. 18 lid 3 letter c Wet WOZ te verleggen naar het begin van het belastingjaar. Het hof overweegt daartoe dat op de peildatum de (mogelijke) komst van het windmolenpark reeds voldoende bekend was. Gelet op de grote afstand tot de geplande windmolens heeft de woning van X geen last van slagschaduw en geluidsoverlast, zo oordeelt het hof onder verwijzing naar een deskundigenrapport. De heffingsambtenaar heeft aannemelijk gemaakt dat er van horizonvervuiling in dit geval geen sprake is. Het hof verklaart het hoger beroep van de heffingsambtenaar gegrond, vernietigt de uitspraak op bezwaar en de rechtbankuitspraak en bevestigt de uitspraak op bezwaar.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Wet waardering onroerende zaken 18