Rechtbank Gelderland oordeelt dat de foutenleer niet van toepassing is. Het leerstuk van de vermogensetikettering, dat kenmerkend is voor de IB, is namelijk geëindigd met de inbreng van de gehele onderneming in de bv.

A brengt zijn onderneming in 2008 in belanghebbende, X bv, in. Het betreft een perceel grond waarop een tuincentrum wordt geëxploiteerd, met een woonhuis. Na de sloop van de opstallen, levert X bv in 2010 het perceel grond aan een projectontwikkelaar. X bv brengt de boekwinst onder in een HIR. De HIR wordt in 2013 aan de winst toegevoegd. X bv stelt dat het woonhuis tot het verplicht privévermogen behoort, en daarom in het verleden ten onrechte is geëtiketteerd als keuzevermogen. Volgens X bv is de foutenleer van toepassing.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat de foutenleer niet van toepassing is. Volgens de rechtbank is het leerstuk van de vermogensetikettering, dat kenmerkend is voor de IB, namelijk geëindigd met de inbreng van de gehele onderneming in X bv. Nu een bv met haar gehele vermogen een onderneming drijft, is het woonhuis tot het ondernemingsvermogen van X bv gaan behoren. Het gelijk is aan de inspecteur.

Lees ook het thema Fiscale aspecten vermogensetikettering

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.25

Wet op de vennootschapsbelasting 1969 8

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Vennootschapsbelasting

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 17 juli

7

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen