Belanghebbende, vof X, handelt in computers, randapparatuur en software. In 2014 koopt vof X diverse goederen van Belgische ondernemers. Zij geven de leveringen aan als vrijgestelde intracommunautaire leveringen en vof X geeft ze aan als vrijgestelde intracommunautaire verwervingen. Bij haar latere verkopen past vof X echter steeds de margeregeling toe. Volgens de inspecteur mag de margeregeling alleen worden toegepast als de goederen afkomstig zijn van personen, die bij de aanschaf van de goederen de btw niet hebben kunnen aftrekken. In geschil is de btw-naheffingsaanslag. De inspecteur verklaart op de zitting dat de verzuimboete kan vervallen.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat niet is voldaan aan (één van) de wettelijke voorwaarden voor toepassing van de margeregeling. Ongeacht de wetenschap hiervan bij vof X is de te weinig geheven btw terecht bij haar nageheven (zie HR 16 oktober 2015, nr. 14/05127, V-N 2015/53.12). In het midden kan blijven of er sprake was van gebruikte goederen. Dit is namelijk niet van belang als de goederen geen eigendom zijn geweest van een leverancier die bij de aanschaf van de goederen de btw niet heeft kunnen aftrekken. Het beroep van vof X is slechts gegrond wegens het vervallen van de boete.
Lees ook het thema Grensoverschrijdende btw: Goederen of diensten (ver)kopen in het buitenland.
Wetsartikelen:
Wet op de omzetbelasting 1968 28b
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Omzetbelasting
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 1 september