Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat X na de vernietiging van de navorderingsaanslagen in beroep geen recht heeft op een vergoeding van de in bezwaar gemaakte kosten.

X komt in beroep tegen navorderingsaanslagen IB/PVV over de jaren 2013 en 2014 met belastingrentebeschikkingen.

Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat X na de vernietiging van de navorderingsaanslagen in beroep geen recht heeft op een vergoeding van de bezwaarkosten. In bezwaar zijn de aanslagen al wel verminderd, maar dit was op grond van stukken (onder andere een dieetverklaring) die X pas (laat) in de bezwaarfase heeft ingediend. De inspecteur kan dus geen onrechtmatigheid worden verweten. Dat de dieetverklaring in 2006 en de daarop volgende jaren is geaccepteerd, maakt niet dat de inspecteur voor de jaren 2013 en 2014 niet om een nieuwe, recente verklaring heeft mogen verzoeken. De verklaring van de inspecteur in het verweerschrift “Gezien de gegrondheid van het beroep heeft belanghebbende recht op een proceskostenvergoeding met betrekking tot de bezwaarfase.” moet volgens de rechtbank niet worden gezien als een toezegging, maar als een standpunt waarop de inspecteur op kan terugkomen (zoals hij heeft gedaan). De rechtbank kent X wel een immateriële schadevergoeding toe en een proceskostenvergoeding voor de beroepsfase. Daarbij heeft de ongevraagde reactie op het verweerschrift niet te gelden als een conclusie van repliek.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Noord-Nederland

Editie: 1 maart

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen