Rechtbank Gelderland oordeelt dat de naheffingsaanslag terecht is opgelegd omdat gebruik is geconstateerd tijdens een voor de auto geldende schorsing, ook als dit maar eenmaal is gebeurd.

X is volgens de kentekenregistratie vanaf 29 juli 2020 houder van een auto. De geldigheid van het kentekenbewijs van de auto is voor bepaalde perioden, waaronder de periode van 21 mei 2021 tot en met 28 december 2021 geschorst. Op 11 juni 2021 wordt door middel van Elektronische Camerabeelden van de politie geconstateerd dat met de auto van X gebruik is gemaakt van de openbare weg. De inspecteur legt daarom een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting op alsmede een verzuimboete.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat de naheffingsaanslag terecht en naar het juiste bedrag is opgelegd. Vaststaat dat op 11 juni 2021 met de auto gebruik is gemaakt van de openbare weg. Omdat gebruik is geconstateerd tijdens een voor de auto geldende schorsing, ook als dit maar eenmaal is gebeurd, is terecht een naheffingsaanslag opgelegd. De verzuimboete is ook terecht opgelegd. Wel wordt de boete verminderd in overeenstemming met het per 1 juli 2023 gewijzigde Besluit Bestuurlijke Boeten. Ook vermindert de rechtbank de boete ambtshalve wegens overschrijding van de redelijke termijn van art. 6 EVRM.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 35

Instantie: Rechtbank Gelderland

Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen

Editie: 3 september

Informatiesoort: VN Vandaag

192

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen