Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de nakomeling van een voormalig KNIL-militair terecht is aangeslagen voor aanslagen OZB, afvalstoffenheffing, rioolheffing, watersysteemheffing en zuiveringsheffing. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).

Belanghebbende, X, is nakomeling van een militair van het voormalige Koninklijk Nederlands-Indonesische Leger (hierna: KNIL). Op grond daarvan meent X vrijgesteld te zijn van lokale belastingaanslagen.

Hof Arnhem-Leeuwarden (MK IV, 31 oktober 2017, 17/00484, V-N Vandaag 2017/2665) oordeelt dat de nakomeling van een voormalig KNIL-militair terecht is aangeslagen voor aanslagen OZB, afvalstoffenheffing, rioolheffing, watersysteemheffing en zuiveringsheffing. Aan de bevoegdheid van de heffingsambtenaar om aanslagen op te leggen wordt geen afbreuk gedaan door onder meer de overgangsovereenkomst, de wettelijke regelingen en de administratieve voorschriften van de Republiek der Verenigde Staten van Indonesië. Het hof onderschrijft het oordeel van de heffingsambtenaar dat het bezwaar, gelet op eerdere procedures, kennelijk ongegrond is. De heffingsambtenaar mocht van het horen afzien. Het hoger beroep van X is ongegrond.

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet milieubeheer 15.33

Gemeentewet 228a

Gemeentewet 220

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Milieuheffingen

Instantie: Hoge Raad

Editie: 15 februari

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen