Belanghebbende, X, stelt hoger beroep in tegen de uitspraak van Rechtbank-Zeeland-West-Brabant van 22 december 2014. Het hoger beroepschrift geeft X op 6 februari 2015 af bij de centrale infobalie in het Paleis van Justitie te 's-Hertogenbosch. Hof 's-Hertogenbosch verklaart het hoger beroep na een vereenvoudigde behandeling niet-ontvankelijk wegens overschrijding van de beroepstermijn.
Hof 's-Hertogenbosch (MK I, 7 januari 2016, 15/00251 t/m 15/00279, V-N Vandaag 2016/203) oordeelt in verzet dat X zelf verantwoordelijk is voor het tijdig indienen van een rechtsmiddel. X stelt dat hij niet tijdig beroep heeft ingesteld, omdat hij de inspecteur had verzocht in te stemmen met een afhandeling zonder beroep en de inspecteur op die brief niet heeft gereageerd. Het Hof ziet hierin geen reden voor verschoonbaarheid van de termijnoverschrijding als bedoeld in art. 6:11 Awb. Het verzet is ongegrond.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 6:7
Algemene wet bestuursrecht 6:11