De Europese Commissie heeft Nederland gevraagd om een vrijstelling van vennootschapsbelasting in te trekken voor zijn zes zeehavens, om zo de regeling in overeenstemming te brengen met de EU-staatssteunregels.

De Commissie heeft Nederland in mei 2013 gevraagd om bepalingen te schrappen waarbij bepaalde overheidsbedrijven - zoals havenbedrijven - van vennootschapsbelasting worden vrijgesteld. Nederland heeft inmiddels een wet aangenomen die overheidsbedrijven vanaf 1 januari 2016 vennootschapsbelastingplichtig maakt (Stb. 2015, 207, V-N 2015/31.5). Zie ook het thema Vennootschapsbelastingplicht overheidsondernemingen: nieuwe regels vanaf 2016.

De wet handhaaft echter de belastingvrijstelling voor zes Nederlandse publieke zeehavens. Volgens de Commissie worden met deze Nederlandse wetgeving haar staatssteunbezwaren weggenomen, behalve waar het gaat om de zes Nederlandse zeehavens die van vennootschapsbelasting vrijgesteld blijven. De Commissie concludeert dat ook deze vrijstelling dient te worden ingetrokken om een eind te maken aan de concurrentieverstoringen die deze veroorzaakt. Nederland heeft nu twee maanden de tijd om de nodige stappen te zetten om de vrijstelling in te trekken, zodat vanaf 1 januari 2017 de zes havens onder dezelfde vennootschapsbelastingregels vallen.

In twee andere besluiten heeft de Commissie voorgesteld dat België en Frankrijk hun belastingregeling voor havens in overeenstemming zouden brengen met de staatssteunregels.

Lees ook Commissie: Nederlandse belastingvrijstelling havens moet worden geschrapt.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht, Vennootschapsbelasting

Regelgevende instantie: Europese Unie

Editie: 25 januari

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen