X woont in Nederland en had tot 2 juni 2015 een dienstverband als hoofddocent bij een Nederlandse universiteit. Op 16 maart 2015 treedt X in dienst bij een universiteit in het Verenigd Koninkrijk. In de periode van 17 maart tot 2 juni 2015 neemt X vakantiedagen op die hij bij de Nederlandse universiteit heeft opgebouwd. In geschil is of X in de periode dat hij zijn vakantiedagen opnam en hij feitelijk geen werkzaamheden meer verrichtte voor de Nederlandse universiteit, in Nederland premieplichtig was.
Volgens Rechtbank Gelderland moet de periode van 17 maart tot en met 1 juni 2015 worden beschouwd als een periode waarin X als ambtenaar werkzaamheden heeft verricht bij een Nederlandse universiteit. Dit ondanks de omstandigheid dat zijn dienstverband niet is doorgelopen na de periode van verlof. Tijdens de periode van 17 maart tot 2 juni 2015 is X dus in twee lidstaten werkzaam geweest. Op grond van de toewijzingsregel van artikel 13 lid 4 EG-Verordening nr. 883/2004 is X dan in Nederland verzekerd. Het betoog van X dat hij gedurende de verlofperiode verzekerd was in het Verenigd Koninkrijk slaagt niet. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen 6