X gaat in hoger beroep tegen een uitspraak van Rechtbank Noord-Nederland waarin zij in het ongelijk is gesteld. Als Hof Arnhem-Leeuwarden het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaart omdat X het griffierecht niet binnen de gestelde termijn heeft betaald, gaat X in verzet. Ze stelt dat het griffierecht te laat is betaald door overmacht door haar psychische diagnose. Omdat X zelf de begeleidende brief bij de nota griffierecht niet begreep, heeft X de nota bij haar man neergelegd. Haar man ging er vervolgens van uit dat de nota al was betaald.
Hof Arnhem-Leeuwarden verklaart het verzet van X ongegrond, omdat niet kan worden gezegd dat zij niet in verzuim is geweest. Het Hof gelooft wel dat X psychische klachten heeft, maar de nota griffierecht is onbetaald gebleven door een misverstand tussen X en haar echtgenoot. Dit misverstand ligt geheel in de risicosfeer van X, aldus het hof.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:41
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 6 december