X stelt hoger beroep in bij Hof Arnhem-Leeuwarden. Dit hof verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk omdat X het verschuldigde griffierecht niet heeft betaald.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt in verzet dat X het griffierecht weliswaar niet heeft betaald, maar dat hem hiervoor geen verwijt kan worden gemaakt. Het hof volgt het standpunt van X dat diens hoger beroep zich uitsluitend richt tegen de uitspraak van Rechtbank Gelderland met nr. 12/968. Het hof heeft dit in eerste instantie niet onderkend en heeft het hoger beroep ten onrechte gesplitst in vier zaken waaraan afzonderlijke kenmerknummers zijn toegekend. In de procedure 13/01202 die betrekking heeft op de genoemde uitspraak van Rechtbank Gelderland, is geen griffierecht geheven. Dit is uitsluitend gebeurd in de ambtshalve door het hof aangemaakte procedure met kenmerk 13/01200 die betrekking heeft op een uitspraak van de rechtbank waartegen het appel van X zich niet richt. Nu X uitsluitend hoger beroep heeft ingesteld in een andere procedure dan waarin griffierecht is geheven, kan X niet worden verweten dat zij het verschuldigde griffierecht niet heeft betaald. Hieruit volgt dat het verzet van X gegrond is, dat de aangevallen uitspraak van het hof komt te vervallen en dat ter zake van de procedure met kenmerknummer 13/01202 alsnog griffierecht moet worden geheven.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:41
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 11 februari