De wrakingskamer van Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat wraking geen verkapt rechtsmiddel is en dat de motivering van de afwijzing van de uitstelverzoeken geen aanwijzing voor (de schijn van) vooringenomenheid bevat.
X bv is partij bij een fiscale procedure. Zij wordt uitgenodigd voor de zitting van 3 december 2020. X bv verzoekt twee maal vergeefs om uitstel vanwege een civiele zitting die op 17 december 2020 zal plaatsvinden. De verzoeken worden afgewezen op grond van het feit dat de civiele zitting pas twee weken na de fiscale zitting plaatsvindt en dat het hof belang hecht aan een voortvarend procesverloop. In geschil is of X bv op 2 december 2020 terecht tot wraking verzoekt van mr. A. van Dongen, de voorzitter van de belastingkamer.
De wrakingskamer van Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat wraking geen verkapt rechtsmiddel is en dat de motivering van de afwijzing van de uitstelverzoeken geen aanwijzing voor (de schijn van) vooringenomenheid bevat. Een procedurele beslissing kan slechts blijk geven van vooringenomenheid als de motivering in het licht van alle omstandigheden en naar objectieve maatstaven gemeten – bijvoorbeeld door de in de motivering gebezigde bewoordingen – daartoe aanleiding geeft (zie HR 25 september 2018, 18/02675, V-N 2018/53.23). De juistheid van de afwijzing wordt in het midden gelaten. Dat oordeel is namelijk voorbehouden aan de rechter die belast is met de behandeling van de zaak. Het wrakingsverzoek wordt afgewezen.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:15
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 8 januari