Hof Amsterdam oordeelt in hoger beroep dat de navorderingsaanslag IB/PVV 2014 terecht is opgelegd omdat er geen sprake is van ambtelijk verzuim.
Aan X is een navorderingsaanslag IB/PVV over 2014 opgelegd. X stelt dat sprake is van ambtelijk verzuim, omdat de inspecteur de aanslag heeft vastgesteld zonder voorafgaande controle van de in de aangifte opgenomen aftrek voor studiekosten, terwijl hem op dat moment bekend was dat er aanleiding bestond te twijfelen aan de vermelde aftrekbare kosten. Volgens X is dan ook geen sprake van een nieuw feit dat navordering rechtvaardigt.
Het hof volgt de rechtbank en stelt dat de inspecteur in beginsel mag afgaan op de ingediende aangifte en mag vertrouwen op de juistheid daarvan. Uit jurisprudentie blijkt dat er omstandigheden moeten zijn waaraan “een zo sterk vermoeden voor de onjuistheid van de aangifte valt te ontlenen, dat het nalaten van onderzoek als een ambtelijk verzuim kan worden aangerekend”. Volgens Hof Amsterdam geeft de aangifte op zichzelf beschouwd geen reden om aan de juistheid te twijfelen. Er is geen sprake van ambtelijk verzuim en de navorderingsaanslag is terecht opgelegd.
Lees ook het thema Navordering
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 29 maart