Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat het Unierecht er niet toe leidt dat X tweemaal recht heeft op het heffingvrije vermogen.
X woont in Frankrijk en is een geregistreerd partnerschap aangegaan met een eveneens in Frankrijk wonende vrouw. Tussen hen bestaat geen gemeenschap van goederen. X en zijn partner genieten geen inkomsten in Nederland, maar X heeft wel een woning in Nederland. In geschil is of bij het belasten van die woning in box 3 tweemaal het heffingvrije vermogen moet worden toegepast.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat het Unierecht er niet toe leidt dat X tweemaal recht heeft op het heffingvrije vermogen. Het heffingvrije vermogen is brongebonden en niet afhankelijk van de persoonlijke en gezinssituatie. X heeft recht op aftrek van het heffingvrije vermogen omdat hij wordt belast in box 3. Dat laatste geldt niet voor zijn partner, want zij is geen mede-eigenaar van de woning. X maakt verder niet aannemelijk dat hij en zijn partner in Frankrijk onvoldoende inkomen verdienen om aldaar de aftrekposten voor persoonlijke en gezinsomstandigheden te effectueren. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Lees ook het thema De tweede woning in binnen- en buitenland en box 3.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 5.2
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 25 maart
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Internationaal belastingrecht