Staatssecretaris Van Rij van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het verslag bij het wetsvoorstel Wet herwaardering proceskostenvergoedingen WOZ en BPM aangeboden aan de Eerste Kamer.
In de nota gaat de staatssecretaris in op diverse vragen naar aanleiding van het wetsvoorstel en het amendement van Van Dijk c.s. om ook de proceskostenvergoeding voor Wahv-zaken aan te passen.
De staatssecretaris benadrukt dat het wetsvoorstel beoogt de effectieve rechtsbescherming meer in balans te brengen, zonder de toegang tot de rechter te beperken. De hoogte van de proceskostenvergoeding wordt toegesneden op het type zaak waar het om gaat en er worden geen rechten uitgesloten. De burger blijft aanspraak maken op een, weliswaar lagere, proceskostenvergoeding indien door een derde rechtsbijstand is verleend. In bijzondere gevallen kan een afwijkende hogere of lagere proceskostenvergoeding worden toegekend. Het aantal zaken waarin vooral wordt (door)geprocedeerd met het oog op het verkrijgen van een proceskostenvergoeding en een vergoeding van immateriële schade zal door het wetsvoorstel naar verwachting afnemen.
Verder loopt voor de WOZ een breder verbetertraject om het gehele WOZ-proces te verbeteren. Voor de BPM zijn ook stappen gezet om het proces te verbeteren. In dit kader worden momenteel gesprekken gevoerd tussen de Belastingdienst en importeurs van motorrijtuigen om laatstgenoemde inzicht te geven in eigen BPM-aangiften. Momenteel worden enkele aanvullende WOZ-maatregelen aanvullend verkend. De Tweede Kamer wordt hierover voor het einde van 2023 geïnformeerd.
Lees ook het thema Wetsvoorstel Wet herwaardering proceskostenvergoedingen WOZ en BPM (36427).
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 4:17
Algemene wet bestuursrecht 8:75
Algemene wet bestuursrecht 7:15
Rubriek: Waardering onroerende zaken, Belastingheffing van motorrijtuigen, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Regelgevende instantie: Staten-Generaal
Editie: 22 november
Informatiesoort: VN Vandaag
Dossiers: Prinsjesdag 2023