Staatssecretaris Van Rij van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het verslag bij het wetsvoorstel Wet minimumbelasting 2024 aan de Eerste Kamer gestuurd.

Van Rij gaat onder andere in op de democratische waarborgen. Het parlement is gedurende het traject van de totstandkoming van de Pijler 2-regels op het niveau van de OESO en het Inclusive Framework (IF) tot het aanbieden van het wetsvoorstel Wet minimumbelasting 2024 aan de Tweede Kamer, uitgebreid geïnformeerd. Het OESO/IF kan geen bindende wetgeving vaststellen. Om ervoor te zorgen dat de Pijler 2-maatregelen binnen de Europese Unie op dezelfde wijze in nationale wetgeving worden omgezet en om strijd met Europees recht te voorkomen, heeft de Europese Commissie in 2021 een richtlijnvoorstel gepubliceerd. Ook heeft een openbare internetconsultatie plaatsgevonden. Het kabinet beoordeelt de nadere aanpassingen of verduidelijkingen vanuit het OESO/IF, waaronder de administratieve richtsnoeren, en bepaalt aan de hand daarvan – van geval tot geval – of de wettekst en de toelichting van het wetsvoorstel Wet minimumbelasting 2024 moet worden aangevuld. Het kabinet houdt daarbij oog voor de democratische controle.

Naar de mening van het kabinet is een minimumbelasting in een zo groot mogelijk internationaal verband doeltreffend, omdat hierdoor een ondergrens wordt gesteld aan belastingconcurrentie, waardoor het voordeel van kunstmatige winstverschuiving sterk wordt verkleind. Door het internationale karakter wordt de doeltreffendheid van een dergelijke minimumbelasting sterk vergroot.

Verder gaat de staatssecretaris onder andere in op de internationale scheepvaart, de toepassing van de tijdelijke onderbelastewinstbijheffing veiligehavenregel en de onderworpenheidstoetsen. Ten slotte komen aan de orde de aansprakelijkheidstelling en de formeelrechtelijke aspecten en geschilbeslechting.

Lees ook het thema Wetsvoorstel Wet minimumbelasting 2024 (36369).

[Nieuwsbron]

Regelgevende instantie: Staten-Generaal

Editie: 21 november

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Internationaal belastingrecht

218

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen