Staatssecretaris Van Rij van Financiën informeert de Eerste Kamer over de Wet fiscale Klimaatregelen glastuinbouw door middel van de nota naar aanleiding van het verslag. Het kabinet is van mening dat sprake is van een gebalanceerd pakket aan maatregelen en vindt het onwaarschijnlijk dat buurlanden geen aanvullende beleid inzetten om (ook) broeikasemissies te reduceren.
Het wetsvoorstel is onderdeel van Belastingplan 2024 en regelt de beprijzing van het gebruik van aardas- en broeikasemissies in de glastuinbouw. Het betreft maatregelen voor de energiebelasting, een beperking van de vrijstelling voor de elektriciteitsopwekking en een fiscale CO2-heffing in de glastuinbouw.
Het verlaagd tarief energiebelasting voor de glastuinbouw wordt op basis van het amendement Grinwins in 10 in plaats van in 5 jaar afgebouwd. Deze wijziging wordt gedekt door een verhoging van de voorgestelde vlakke CO2-heffing binnen de glastuinbouw. Hierdoor pakt de lastenverzwaring voor kleine en middelgrote glastuinbedrijven lager uit, maar hoger voor grote en/of energie-intensieve bedrijven.
Mocht aanvullend beleid gericht op de reductie van broeikasgasemissies elders in Europa uitblijven dan kan dit het level playing field voor Nederlandse bedrijven nadelig beïnvloeden. Het is onwaarschijnlijk dat buurlanden geen aanvullende beleid inzetten om broeikasemissies te reduceren. In Denemarken worden nu bijvoorbeeld specifieke vrijstellingen voor de glastuinbouwsectors heroverwogen.
Het kabinet is van mening dat sprake is van een gebalanceerd pakket aan maatregelen. Met fiscale maatregelen wordt de transitie geborgd en tegelijkertijd krijgen tuinders perspectief en hulp krijgen met het verduurzamen door middel van subsidiërende maatregelen. Het kabinet blijft in nauw gesprek met de sector en evalueert in 2027 het beleidspakket en de verduurzamingsmogelijkheden voor de sector.
Rubriek: Milieuheffingen
Regelgevende instantie: Staten-Generaal
Editie: 21 november
Informatiesoort: VN Vandaag