Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de niet in geschil zijnde en in elk tijdvak terugkerende correcties reeds aanzienlijk zijn, zodat de bewijslast wordt omgekeerd en verzwaard.
X BV is actief als particulier beveiligingsbedrijf en fungeert ook als uitzendbureau. De onderneming is in 2012 gestart als eenmanszaak en per 1 juli 2015 omgezet in X BV. Medio 2018 is een werknemer voor 50% aandeelhouder geworden. Bij een boekenonderzoek constateert de inspecteur dat er veel contante betalingen en opnamen zijn, maar geen kasadministratie. Voorts zijn er grote verschillen tussen de verloonde en de gefactureerde uren. In geschil zijn de LB-naheffingsaanslagen over 2016, 2017 en 2018 (€ 181.946) en 2021 (€ 97.631), de vergrijpboete van € 45.335 en de betaalverzuimboete van € 867.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de niet in geschil zijnde en in elk tijdvak terugkerende correcties reeds aanzienlijk zijn, zodat de bewijslast wordt omgekeerd en verzwaard. De eigen administratie kan door het ontbreken van een kasadministratie en de urenstaten van het flexibele personeel niet als grondslag voor het berekenen van de loonheffingen dienen. De schatting door de inspecteur van de zwart uitbetaalde lonen is redelijk. De betaalverzuimboete is passend en geboden, omdat vaststaat dat minder loonheffing is afgedragen dan is ingehouden. De eerste naheffingsaanslag wordt vanwege de lagere correctie gebruikelijk loon verlaagd tot € 176.232. De vergrijpboete van € 10.401 (grove schuld inclusief overschrijding redelijke termijn) is passend en geboden. Het bezwaar tegen de tweede aanslag is weliswaar ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard, maar de aanslag is niet te hoog.
Wetsartikelen:
Wet op de loonbelasting 1964 12a
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67f
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67c
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Rubriek: Loonbelasting
Editie: 7 maart
Informatiesoort: VN Vandaag