X geeft in zijn IB-aangiften geen inkomen aan uit de betrokkenheid bij het aanbieden van kansspelen, terwijl hij door de strafrechter wel schuldig is bevonden aan deelname aan een criminele organisatie, die jarenlang illegale kansspelen organiseerde. Er werd gegokt op voetbalwedstrijden via websites, lijsten en sms-berichten, met een totale inzet van ruim € 30 mln. In geschil zijn de navorderingsaanslagen in de IB-sfeer voor 2012 tot en met 2015, alsmede de vergrijpboeten van in totaal € 1.494.213.
Rechtbank Den Haag oordeelt dat de inspecteur geen redelijke schatting maakt door de winst geheel aan X toe te rekenen en geen rekening te houden met de rol die anderen hebben gespeeld. Uit de stukken komt naar voren dat niet X maar een derde “de grote baas” was. De winst wordt daarom voor 40% als winst uit onderneming aan X toegerekend. De aanslagen en de boeten worden dienovereenkomstig verminderd. Wegens het ruim overschrijden van de redelijke termijn worden de boeten nog eens met 20% gematigd. De beroepen van X zijn deels gegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67e
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht, Strafrecht
Instantie: Rechtbank Den Haag
Editie: 11 juli