Belanghebbende, de heer X, wint in 2005 de hoofdprijs van de RTL Achmea Kennisquiz. De hoofdprijs bestaat uit een carrièrefonds ter waarde van maximaal € 250.000. Vanaf datzelfde jaar krijgt X op verzoek uitkeringen uit het fonds. De beheerder daarvan houdt daar kansspelbelasting op in. X komt daar later achter en maakt pas in 2011 bezwaar tegen de inhoudingen. Niet in geschil is dat de quiz een kansspel is. De fondsbeheerder heeft inmiddels te kennen gegeven dat zij de kansspelbelasting alsnog voor haar rekening neemt en dat het dus een netto-prijs is. Rechtbank Gelderland oordeelt dat de termijnoverschrijdingen niet verschoonbaar zijn omdat reeds in mei 2010 bekend was dat er kansspelbelasting was ingehouden. De bezwaren voor wat betreft de jaren van vóór 2011 zijn dus niet zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk ingediend. X stelt vergeefs dat de prijs slechts belastbaar was in 2005. Er is namelijk pas sprake van het 'ter beschikking stellen' van een prijs als de gerechtigde een onvoorwaardelijk recht op uitbetaling heeft (vgl. Hoge Raad 29 juni 2007, nr. 43 108, V-N 2007/31.6). In casu moest X namelijk eerst aanvragen doen en deze werden getoetst. X gaat in hoger beroep.
Hof Leeuwarden-Arnhem oordeelt dat X belang heeft bij de onderhavige procedure. Op de voet van art. 27f lid 1 AWR vindt een teruggaaf namelijk plaats te vinden aan degene die beroep heeft ingesteld. Weliswaar heeft de inhoudingsplichtige zich verbonden om de kansspelbelasting voor eigen rekening te nemen, maar dat is slechts een kwestie van civielrechtelijke aard. Er is terecht pas kansspelbelasting ingehouden bij de uitbetalingen. Bij X is voorts niet het in rechte te beschermen vertrouwen gewekt dat de inhouding in 2005 zou (moeten) plaatsvinden. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27f
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Kansspelbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 26 april