Belanghebbende, X, is indirect aandeelhouder in een B.V. en doet de acquisitie en verzorgt de administratie. De boekhouder ondersteunt hem hierbij. Naar aanleiding van een boekenonderzoek wordt X als bestuurder aansprakelijk gesteld voor de onbetaald gebleven omzetbelasting, daaronder begrepen rente, boetes en invorderingskosten, over de jaren 2011 tot en met 2016. In geschil is of X terecht als bestuurder aansprakelijk is gesteld voor de onbetaald gebleven belastingschulden, inclusief de belastingrente, de boeten en de vervolgingskosten van de B.V.
De rechtbank oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat hem niets te verwijten valt omdat de boekhouder heeft gefaald in de uitvoering van zijn taak. X heeft immers toegelicht dat X zelf de aangiften en betaling van de omzetbelasting verzorgde en dat de boekhouder slechts een ondergeschikte rol had. Wel wordt de boete verminderd in verband met de overschrijding van de redelijke termijn. Het beroep van belanghebbende is gegrond.
Wetsartikelen:
Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6
Uitvoeringsbesluit Invorderingswet 1990 7
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67f
Algemene wet inzake rijksbelastingen 10a
Algemene wet inzake rijksbelastingen 19
Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968 15
Wet op de omzetbelasting 1968 14
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Invordering, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 17 februari