Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X onvoldoende bewijs aandraagt voor een groter recht op aftrek van voorbelasting dan op basis van de administratie blijkt. Het is niet aannemelijk dat sprake is van belaste verhuur.
X huurt als onderhuurder een winkelpand voor de exploitatie van een slijterij. Op de facturen van de huur staat geen omzetbelasting. De inspecteur concludeert bij een boekenonderzoek over de periode 2013 tot en met 2017 dat, naast aansluitverschillen, X voorbelasting in aftrek brengt in verband met de huur. De inspecteur legt naheffingsaanslagen op. X stelt dat hij recht heeft op aftrek in verband met de huur en gaat in hoger beroep.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X geen recht heeft op aftrek, doordat hij niet aannemelijk maakt dat geopteerd is voor belaste verhuur. Ook het recht op aftrek betreffende de overige aansluitverschillen is niet onderbouwd. X heeft dermate lichtvaardig gehandeld ten aanzien van de aansluitverschillen en de aftrek van voorbelasting dat een vergrijpboete op grond van grove schuld passend en geboden is. Het hoger beroep is gegrond voor zover het de herrekening van de vergrijpboete en matiging voor overschrijding van de redelijke termijn betreft.
Lees ook het thema Onroerend goed: vrijgesteld van btw of toch belast?
Wetsartikelen:
Wet op de omzetbelasting 1968 15
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Rubriek: Omzetbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Editie: 15 augustus
Informatiesoort: VN Vandaag