Belanghebbende, X, is gehuwd met Y. X drijft, volgens de gegevens van de KvK, een eenmanszaak: Kantoor Z. X en Y staan bij de KvK ook geregistreerd als eigenaar van enkele andere ondernemingen. Tijdens een boekenonderzoek doet Y uitspraken in de trant van ‘Ik ben kantoor Z' en ‘kantoor Z: c' est moi'. De inspecteur is dan ook van mening dat niet X maar Y degene is die de onderneming van kantoor Z drijft. De inspecteur rekent het door X aangegeven verlies toe aan Y.
Hof Den Haag oordeelt dat X IB-ondernemer is. Het hof overweegt daarbij dat X, gelet op haar inschrijving bij de Kamer van Koophandel, wordt gebonden voor alle rechtshandelingen die door of namens kantoor Z zijn verricht. X is dan ook aansprakelijk voor alle verbintenissen die door die rechtshandelingen ontstaan. Verder wijst het hof er op dat X onbeperkt gerechtigd is tot de resultaten van de onderneming, zodat de onderneming voor haar rekening wordt gedreven. In verband met de werkzaamheden die Y voor kantoor Z verricht, rekent het hof de helft van de winst toe aan Y.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.4