Advocaat-generaal Pikamäe concludeert dat de vervoersonderneming die internationaal vrachtwagenchauffeurs in loondienst aanwerft moet worden aangemerkt als de werkgever van de chauffeurs. De vervoersonderneming moet de chauffeurs dan wel voor onbepaalde tijd volledig ter beschikking hebben, het feitelijke gezag over hen uitoefenen en de facto hun loonkosten dragen.
Op 10 mei 2011 wordt belanghebbende, AFMB Ltd., te Cyprus opgericht. Zij sluit overeenkomsten met diverse in Nederland gevestigde vervoersondernemingen en met de vrachtwagenchauffeurs die voor deze ondernemingen werken. Volgens AFMB Ltd. is zij sinds dat moment de werkgever van de vrachtwagenchauffeurs en is de Cypriotische socialezekerheidswetgeving vanaf dat moment van toepassing op de vrachtwagenchauffeurs. De Svb is echter van mening dat de Nederlandse socialezekerheidswetgeving van toepassing blijft op de vrachtwagenchauffeurs, omdat er na de tussenkomst van AFMB Ltd. nauwelijks iets is veranderd in de relatie tussen de vrachtwagenchauffeurs en hun in Nederland gevestigde oorspronkelijke werkgevers. De Centrale Raad van Beroep stelt prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie EU over de verzekeringsplicht van internationale vrachtwagenchauffeurs die via het Cypriotische AFMB Ltd. werken (V-N 2018/57.6).
Advocaat-generaal Pikamäe concludeert dat de vervoersonderneming die internationaal vrachtwagenchauffeurs in loondienst aanwerft moet worden aangemerkt als de werkgever van de chauffeurs. De vervoersonderneming moet de chauffeurs dan wel voor onbepaalde tijd volledig ter beschikking hebben, het feitelijke gezag over hen uitoefenen en de facto hun loonkosten dragen. De A-G merkt hierbij nog wel op dat een en ander afhankelijk is van het door de verwijzende rechter uit te voeren feitenonderzoek. Ook merkt de A-G nog op dat AFMB zich niet op art. 14 lid 2 onderdeel a EG-verordening nr. 1408/71 of art. 13 lid 1 onderdeel b EG-verordening nr. 883/2004 kan beroepen om een band met het Cypriotische socialezekerheidsrecht aan te tonen. Volgens de A-G is er namelijk sprake van een situatie waarin misbruik van recht wordt gemaakt.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Internationaal belastingrecht, Premieheffing
Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie (Advocaat-Generaal)
Editie: 27 november
Focus: Focus
Carrousel: Carrousel