Belanghebbende, X, dient een verzoek tot wraking in van een raadsheer van Hof Amsterdam die zijn zaak behandelt. X stelt dat de raadsheer vooringenomen is, omdat deze heeft laten weten dat X geen proceskostenvergoeding krijgt. Het wrakingsverzoek van X wordt in het kader van ‘de pilot externe wrakingskamer' behandeld door de wrakingskamer van Hof Den Haag. Op de zitting van de wrakingskamer brengt X een tweede wrakingsgrond naar voren.
De wrakingskamer van Hof Den Haag wijst het verzoek van X tot wraking van een raadsheer van Hof Amsterdam af. De mogelijk onhandige formulering van de raadsheer van Hof Amsterdam met betrekking tot de vergoeding van proceskosten (reiskosten) vormt naar het oordeel van de wrakingskamer geen zwaarwegende aanwijzing voor vooringenomenheid. De tweede wrakingsgrond, die X pas ter zitting van de wrakingskamer naar voren heeft gebracht, is niet-ontvankelijk.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:15
Algemene wet bestuursrecht 8:16