Rechtbank Noord-Nederland is van oordeel dat X op het verkeerde been is gezet door een brief die hij van de rechtbank heeft gekregen over de doorzendverplichting van de gemeente. De rechtbank ziet hierin aanleiding om de termijnoverschrijding voor de rioolheffing door de vingers te zien.

Belanghebbende, X, is het niet eens met aanslagen rioolheffing en afvalstoffenheffing van de gemeente De Fryske Marren.

Rechtbank Noord-Nederland is van oordeel dat X op het verkeerde been is gezet door een brief die hij van de rechtbank heeft gekregen over de doorzendverplichting van de gemeente. Die doorzendverplichting had alleen betrekking op de aanslag afvalstoffenheffing, maar de rechtbank had aangegeven dat het doorgezonden beroep ook betrekking had op de rioolheffing. X heeft deze brief ontvangen toen de beroepstermijn nog liep. De rechtbank ziet in het voorgaande aanleiding om de termijnoverschrijding voor de rioolheffing door de vingers te zien. Inhoudelijk snijden beide beroepen echter geen hout. Zowel de rioolheffing als de afvalstoffenheffing leiden niet tot een onredelijke en willekeurige heffing, er is geen sprake van dubbele belasting en het beroep van X op het vertrouwensbeginsel faalt. De rechtbank verklaart de beroepen van X ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet milieubeheer 15.33

Algemene wet bestuursrecht 6:11

Algemene wet bestuursrecht 6:7

Gemeentewet 228a

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Rechtbank Noord-Nederland

Editie: 17 juli

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen