X is strafrechtelijk vervolgd voor het telen van hennep, de handel hierin en het deelnemen aan een criminele organisatie. Na zijn vrijspraak wordt de ambtshalve IB-aanslag over 2011 verminderd tot nihil en wordt de aanslag over 2012 verminderd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 25.000. Op basis van luchtfoto's van het woonwagenkamp waar X woont, stelt de inspecteur later dat X in die jaren een nieuwe woonwagen van naar schatting € 350.000 heeft bekostigd. In geschil is of daarom terecht IB-navorderingsaanslagen van elk € 175.000 en 50% vergrijpboetes van totaal € 77.596 zijn opgelegd. Volgens Rechtbank Zeeland-West-Brabant mag de inspecteur navorderen omdat X te kwader trouw was door zonder toereikende inkomsten toch diverse contante betalingen voor de nieuwe woonwagen te doen. De schatting van de aanschafwaarde is ook redelijk. X gaat in hoger beroep.
Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat de schatting van de inspecteur van aanschafwaarde van de woonwagen willekeurig is. De door de inspecteur genoemde verklaringen van deskundigen, inhoudende dat de kostprijs € 350.000 is, behoren namelijk niet tot het dossier. De totale (ver)bouwkosten van de woonwagen worden vervolgens in redelijkheid geschat op € 250.000. De boetes over 2011 en 2012 worden verminderd tot respectievelijk € 18.450 en € 16.633. Het beroep van X is gegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67e
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 10 december