Belanghebbende, X, is gebruiker van een onroerende zaak gelegen in een BI-zone. De heffingsambtenaar van de gemeente Midden-Drenthe legt aan X voor het (eerdere) jaar 2011 een aanslag BIZ-bijdrage op van € 500. Rechtbank Assen vernietigt deze aanslag omdat de uitvoeringsovereenkomst met de stichting die de activiteiten in de BIZ uitvoert, geen afdwingbepaling bevatte zoals is voorgeschreven in art. 7 lid 3 van de Experimentenwet BI-zones. De gemeente ziet af van hoger beroep tegen deze (eerdere) uitspraak, maar besluit in plaats daarvan op 29 maart 2012 de uitvoeringsovereenkomst uit te breiden met een afdwingbepaling. De wijziging van de uitvoeringsovereenkomst werkt terug tot 1 januari 2011. Vervolgens legt de heffingsambtenaar de thans in geschil zijnde aanslag BIZ-bijdrage 2012 op aan X. Hof Arnhem-Leeuwarden vernietigt deze aanslag, omdat niet voorafgaand aan het vaststellen van de verordening een uitvoeringsovereenkomst inclusief afdwingbepaling was gesloten.
De Hoge Raad verbindt geen consequenties aan het feit dat bij de vaststelling van de verordening BIZ nog geen uitvoeringsovereenkomst inclusief afdwingbepaling was gesloten. De Hoge Raad is namelijk van oordeel dat een gebrek bestaande uit het ontbreken van een afdwingbepaling in een bestaande uitvoeringsovereenkomst achteraf kan worden hersteld. Het gaat erom of er op het moment van het opleggen van de aanslag een afdwingbepaling in de uitvoeringsovereenkomst is opgenomen (vgl. HR 6 november 2015, nr. 14/02652, V-N 2015/59.18) en dat is hier het geval. De uitvoeringsovereenkomst is namelijk uitgebreid met een afdwingbepaling op 28 februari 2012, één dag voordat de aanslag BIZ werd opgelegd. Dit betekent dat de aanslag berust op een verbindende verordening. De Hoge Raad oordeelt dat de beslissing van het hof om de aanslag te vernietigen, niet in stand kan blijven. Verwijzing moet volgen voor de behandeling van de voor de rechtbank en het hof onbehandeld gebleven geschilpunten.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingrecht algemeen, Belastingen van lagere overheden
Instantie: Hoge Raad
Editie: 14 december