Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de uitgaven voor het monumentenpand van belanghebbende niet voor het geheel aftrekbaar zijn. De ontvangen subsidies verminderen de aftrek van de uitgaven voor het monumentenpand.

Belanghebbende, X, is sinds 2004 eigenaar van een rijksmonumentenpand. Na de aankoop begint X met de renovatie van het pand en ontvangt hiervoor subsidies. Bij het opleggen van de aanslagen IB/PVV 2016 en 2017 vermindert de inspecteur de aftrekbare onderhoudskosten met de ontvangen subsidies. In geschil is of de door X ontvangen subsidies die verband houden met de onderhoudskosten, bij de vaststelling van de aftrekbare onderhoudskosten voor monumentenpanden buiten aanmerking mogen blijven.

Het Hof oordeelt in navolging van de rechtbank dat voor het in aanmerking nemen van uitgaven als persoonsgebonden aftrek vereist is dat zij op de belastingplichtige drukken. Dit betekent dat de uitgaven voor het monumentenpand door X moeten zijn betaald en gedragen. Nu X subsidies heeft ontvangen die verband houden met de aftrek, verminderen de subsidies de aftrek van de uitgaven. In zoverre drukken de kosten namelijk niet op X. Het hoger beroep van belanghebbende is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 6.1

Wet inkomstenbelasting 2001 6.31

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 13 april

14

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen