In het kader van het rekeningenproject deelt de inspecteur aan X mede dat hem is gebleken dat zij over rekeningen bij de KB Lux beschikt. De inspecteur vraagt daarom in 2002 om nadere informatie van X. X verstrekt echter geen informatie. De inspecteur legt vervolgens IB- en VB-navorderingsaanslagen 1991 - 2000 op. Hierover wordt tot aan de Hoge Raad geprocedeerd. X volgt daarbij het advies van haar advocaat op om geen openheid van zaken te geven. Uiteindelijk verstrekt X in 2014 de gegevens en verzoekt zij om ambtshalve vermindering van de aanslagen, omdat de KB Lux-tegoeden lager waren dan de schattingen waar de inspecteur vanuit was gegaan. De inspecteur wijst het verzoek af. X gaat in hoger beroep tegen de tenuitvoerlegging van de door de Ontvanger uitgevaardigde dwangbevelen.
De civiele kamer van Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de Ontvanger in redelijkheid tot de tenuitvoerlegging van de dwangbevelen mag overgaan. Het hof acht daarbij van belang dat X minstens twintig jaren bewust geweigerd heeft om openheid van zaken te geven over haar buitenlandse vermogen. Ook nadat haar hierom expliciet is gevraagd en ook in de door haar ingestelde fiscale procedures. Dat dit op aanraden van haar advocaat is gebeurd, komt voor rekening en risico van X. Ook is daarbij van belang dat X haar stelling, dat dit geen bewuste strategische keuze van haar was, niet onderbouwt.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Invordering, Internationaal belastingrecht
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 25 augustus