Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de activiteiten van X met betrekking tot de cryptovaluta een bron van inkomen vormen. Naast deelname aan het economische verkeer en het oogmerk om een voordeel te behalen is ook sprake van de verwachting dat het voordeel redelijkerwijs kan worden behaald.

X ontwikkelt in zijn vrije tijd een trading bot die voordeel moet behalen in verband met koersverschillen die het gevolg zijn van marktimperfecties. De inspecteur is van mening dat de resultaten die X met de bot behaalt moeten worden aangemerkt als winst uit onderneming. X stelt dat er sprake is van zuiver speculatieve transacties. Rechtbank Gelderland oordeelt dat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat de activiteiten van X met betrekking tot de cryptovaluta een bron van inkomen vormen. Er is namelijk geen sprake van structureel positieve resultaten die in causaal verband staan tot de door X verrichte extra arbeid.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de activiteiten van X met betrekking tot de cryptovaluta een bron van inkomen vormen. Naast deelname aan het economische verkeer en het oogmerk om een voordeel te behalen is volgens het hof ook sprake van de verwachting dat het voordeel redelijkerwijs kan worden behaald. Het hof merkt daarbij op dat het met de transactie beoogde voordeel niet afhankelijk is van een wijziging van de markt maar juist van de bestaande toestand van de markt. Er is dan geen sprake van speculatie. Ook hecht het hof er belang aan dat de voorraad cryptovalute (uitgedrukt in BTC) van X in vier jaren tijd groeit van 61 BTC naar 730 BTC. Het hof heropent vervolgens het onderzoek om partijen een kans te geven om overeenstemming te bereiken over de bepaling van de belastbare winst.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.4

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Rubriek: Inkomstenbelasting

Editie: 22 juli

Informatiesoort: VN Vandaag

20

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen