Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat ook bij de WOZ-waardering van courante niet-woningen als kantoorpanden de vergelijkingsmethode de voorkeur heeft boven de huurwaardekapitalisatiemethode. 

Belanghebbende, X, is eigenaar van twee kantoorruimten in één pand.  In geschil is de WOZ-waarde van deze twee WOZ-objecten.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat ook bij de WOZ-waardering van courante niet-woningen als kantoorpanden de vergelijkingsmethode de voorkeur heeft boven de huurwaardekapitalisatiemethode. Van de drie referentieobjecten die de heffingsambtenaar heeft ingebracht in het kader van de huurwaardekapitalisatiemethode, is er één rond de waardepeildatum verkocht. Omgerekend is er voor dit pand een prijs per m² betaald van € 1.696. Voor de twee kantoorpanden van X is de heffingsambtenaar uitgegaan van prijzen per m² die lager liggen dan € 1.100 per m². De rechtbank concludeert dat reeds met toepassing van de vergelijkingsmethode kan worden geoordeeld dat de WOZ-waarde van de kantoorpanden niet te hoog is vastgesteld. De rechtbank hoeft zich derhalve niet meer uit te laten over de huurwaarde-kapitalisatiemethode. Hoewel de heffingsambtenaar niet is uitgegaan van de vergelijkingsmethode, heeft hij desalniettemin de vastgestelde waarde aannemelijk gemaakt. Het beroep van X is wel deels gegrond omdat de heffingsambtenaar bij het bepalen van de bezwaarkostenvergoeding ten onrechte is uitgegaan van samenhangende zaken. Hiervan is echter geen sprake, omdat er meer dan twee maanden zit tussen de indiening van de bezwaarschriften.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Algemene wet bestuursrecht 7:15 en 8:75

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 4 december

6

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen