De huurregulering verlaagt de huurinkomsten voor de verhuurder en verlaagt daarmee de kapitaalwaarde van huurwoningen. Onder andere de toegenomen belastingdruk in box 3 en de onduidelijkheid rondom het nieuwe box 3 stelsel worden door verhuurders aangedragen als factoren die ervoor zorgen dat verhuren financieel minder aantrekkelijk is geworden. Ten slotte speelt nadrukkelijk mee dat de koopwoningmarkt door de combinatie van stijgende lonen, een dalende hypotheekrente en een lagere overdrachtsbelasting een interessant alternatief is om de huurwoningen te verkopen aan een eigenaar-bewoner, zoals koopstarters. Voor verhuurders kan dit alternatief aantrekkelijker lijken dan de onzekerheid en lagere opbrengsten bij voortzetting van de verhuur. Hierbij speelt ook het rendement dat in andere beleggingsobjecten behaald kan worden een rol.
In de brief over de ontwikkelingen op de huurmarkt heeft de minister een integrale weging uitgevoerd waarbij de samenloop van maatregelen, zoals verdere huurwet- en regelgeving en de fiscaliteit, is meegenomen. In de weging worden verder de aanvullende inzichten op basis van aanvullend onderzoek betrokken. Voor wat betreft de fiscaliteit verwijst Keijzer naar de brief van de Staatssecretaris van Financiën van 2 april 2025 (V-N 2025/16.29.2).
Wetsartikelen:
Wet op belastingen van rechtsverkeer 14
Wet inkomstenbelasting 2001 5.2
[Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron]
Rubriek: Inkomstenbelasting, Belastingen van rechtsverkeer
Regelgevende instantie: Ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
Editie: 14 april
Informatiesoort: VN Vandaag