Hof Amsterdam oordeelt in hoger beroep dat het gewicht van de zaken gemiddeld is zodat wordt volstaan met de wegingsfactor 1. De inspecteur stelt vergeefs dat de hofzitting overbodig is, omdat pas op die zitting is komen vast te staan dat nog slechts de proceskostenvergoeding in geschil is.

Aan X zijn diverse navorderingsaanslagen in de IB-sfeer opgelegd in verband met onterechte aftrekken van specifieke zorgkosten. In hoger beroep vermindert de inspecteur de aanslagen alsnog tot nihil. In geschil is uitsluitend de hoogte van de proceskostenvergoeding. Volgens X moet de wegingsfactor 1,5 zijn.

Hof Amsterdam oordeelt dat het gewicht van de zaken gemiddeld is zodat wordt volstaan met de wegingsfactor 1. De inspecteur stelt vergeefs dat de hofzitting overbodig is, omdat pas op die zitting is komen vast te staan dat nog slechts de proceskostenvergoeding in geschil is. Voor die zitting wordt dus ook een vol punt toegekend. Het beroep van X is gegrond. X krijgt een proceskostenvergoeding van € 3522.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:75

Wet inkomstenbelasting 2001 6.17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 14 oktober

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen