Stadion Amsterdam cv exploiteert een multifunctioneel gebouwencomplex, bestaande uit een voetbalstadion met de daarbij behorende voorzieningen (de Arena). Het museum van voetbalclub AFC Ajax is ook in de Arena gehuisvest. Stadion Amsterdam cv verhuurt de Arena aan derden voor het houden van sportwedstrijden en incidenteel voor optredens van uitvoerende kunstenaars. Verder verzorgt Stadion Amsterdam cv tegen vergoeding rondleidingen (‘World of Ajax'-tour) in de Arena. De tour bestaat uit een rondleiding door het complex en een bezoek aan het museum. Na afloop van de rondleiding kunnen deelnemers onbeperkt en zonder gids het museum bezoeken. In geschil is of de tours vallen onder het verlaagde btw-tarief. Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de rondleiding samen met het museumbezoek als één ondeelbare prestatie moet worden aangemerkt, en dat het algemene btw-tarief van toepassing is. Stadion Amsterdam cv gaat in cassatie tegen deze uitspraak. De Hoge Raad stelt een prejudiciële vraag in deze zaak (V-N 2016/41.15, TaxVisions editie 26 augustus 2016). De Hoge Raad wil weten of op de samengestelde prestatie één btw-tarief van toepassing is, of meerdere btw-tarieven.
Het Hof van Justitie EU oordeelt dat slechts één btw-tarief van toepassing is op de door Stadion Amsterdam cv verzorgde tours in de Arena. Vervolgens merkt het Hof van Justitie EU op dat het toe te passen tarief wordt bepaald aan de hand van het hoofdelement van de prestatie, ook al is het mogelijk te bepalen hoeveel de vergoeding voor elk element bedraagt binnen de door de consument voor deze prestatie betaalde totale vergoeding.
Wetsartikelen:
Wet op de omzetbelasting 1968 9
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Omzetbelasting
Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie
Editie: 19 januari