X SA koopt voor € 112 mln de aandelen in A BV. A BV houdt de aandelen in B BV, dat zendmasten, bestemd voor telecommunicatieapparatuur, exploiteert. In verband met deze aankoop voldoet X SA € 275.000 overdrachtsbelasting op aangifte. Zij berekent de heffingsmaatstaf hierbij op € 4,5 mln (€ 1,2 mln grond in eigendom + € 3,3 mln opstalrechten/erfpachtrechten). De inspecteur is echter van mening dat de heffingsmaatstaf € 139 mln bedraagt. Daarbij wordt een waarde van € 82,7 mln toegekend aan ‘Network customer relationships’, de contracten gesloten met de telecomproviders. Hij legt daarom een naheffingsaanslag overdrachtsbelasting op van € 8,4 mln.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de inspecteur terecht een naheffingsaanslag overdrachtsbelasting heeft opgelegd aan X SA in verband met de verkrijging van de aandelen in een exploitant van zendmasten. Ook de heffingsmaatstaf van € 139 mln is correct. De rechtbank overweegt daarbij dat de inspecteur A BV terecht heeft aangemerkt als een OZR in de zin van art. 4 WBR, omdat is voldaan aan zowel de doeleis als de bezitseis. Met betrekking tot de waarde overweegt de rechtbank dat de posten Network customer relationships (€ 82,7 mln), Network locations (€ 15,3 mln) en Indicative goodwill (€ 25,4 mln) geen afzonderlijke bezittingen zijn in de zin van art. 4 WBR. Deze posten zijn zodanig nauw met de zendmasten verbonden dat de waarde ervan aan de zendmasten moet worden toegerekend. Het gelijk is aan de inspecteur.
Wetsartikelen:
Wet op belastingen van rechtsverkeer 4
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Rubriek: Belastingen van rechtsverkeer
Editie: 17 januari
Informatiesoort: VN Vandaag